Koen Marijt werkt sinds kort als historicus bij de afdeling explosieven. Hij studeerde geschiedenis in Leiden en is al sinds zijn jeugd erg geïnteresseerd in de Tweede Wereldoorlog. Van zijn eerste weken bij IDDS maakte Koen een klein verslag om zo achter de schermen te kijken. Lees snel verder voor het verslag.
Mijn eerste maand bij mijn nieuwe baan zit er op. Na bijna vijf jaar bij de universiteitsbibliotheek in Leiden te hebben gewerkt, maakte ik begin augustus de overstap naar IDDS. Een bedrijf waarbinnen de disciplines archeologie, bouwhistorie, ecologie, asbest, milieu, bodemonderzoeken en explosieven nauw met elkaar verbonden zijn.
Explosieven
Binnen IDDS ben ik werkzaam bij de afdeling explosieven. Vertel dit aan vrienden in de kroeg en gegarandeerd dat ze de hele avond aan jouw lippen hangen. Maar buiten kroegpraat om is het echt een serieuze zaak. Gedurende de Tweede Wereldoorlog zijn Nederlandse dorpen en steden door zowel Duitse als geallieerde troepen gebombardeerd en beschoten. Resultaat: er liggen nog duizenden conventionele explosieven (CE) in de bodem of onder het wateroppervlak. Nu zal je denken: ‘die bommen en granaten liggen er al 75 jaar, laat lekker liggen.’ Maar met name bij (bouw)projecten waarbij grondroerende werkzaamheden plaatsvinden, kan dit levensgevaarlijk zijn.
Vanwege de risico’s is het voor werkgevers wettelijk verplicht om bij een geïnventariseerd risico vervolgonderzoek te laten uitvoeren. Dit kan resulteren in een opsporingsonderzoek om de bodem explosieven vrij op te leveren voor er gebouwd mag gaan worden. En dan komt het team explosieven van IDDS dus om de hoek kijken! Middels een historisch vooronderzoek kijkt IDDS of een gebied daadwerkelijk tijdens de oorlog gebombardeerd of beschoten is, of er mijnenvelden hebben gelegen en of er munitie gedumpt is. Zo zie je dat verschillende oorlogshandelingen van invloed op een gebied zijn geweest. IDDS analyseert luchtfoto’s, raadpleegt archieven en neemt verschillende scenario’s door. Blijkt een gebied na dit alles verdacht, dan worden de geplande werkzaamheden en benodigd opsporingsonderzoek om de werkzaamheden veilig uit te voeren in kaart gebracht. Bij detectie van verdachte objecten worden deze veelal benaderd.

Mee in het veld
Om een beter beeld van IDDS te krijgen ging ik het veld in, op stap met collega’s van verschillende vakgebieden. Op mijn derde dag ging ik met het veldteam van IDDS Milieu mee voor een bodemonderzoek. Samen met boormeester Marco gingen we op pad naar Amsterdam en Goedereede. Om 5:30 uur de wekker horen gaan en om 06:45 uur verzamelen was voor mij nieuw, maar gelukkig ben ik een ochtendmens en was ik op tijd. De benodigde spullen voor het bodemonderzoek van die dag werden ingeladen. Voor het echte werk begon nog even met alle teamleden koffie drinken en dan ging de dag echt van start. In Goedereede, op de kop van het eiland Goeree-Overflakkee, namen we bodemmonsters. Dit om te kijken naar de bodemkwaliteit en of de bodem niet verontreinigd is. We vervolgden onze werkzaamheden in Amsterdam. Bewapend met persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM), waaronder veiligheidsschoenen en oranje overall, liepen we met een kruiwagen langs de diverse peilbuizen om watermonsters te nemen. De buitentemperatuur was gestegen tot 30 graden en op het veld stond geen zuchtje wind, maar het was een ontzettend leuke en leerzame dag!

Twee weken later liep ik een ochtendje met de afdeling archeologie mee. Met een IDDS bedrijfswagen reed ik, wederom vroeg, naar de locatie van het project toe. Bij de vervanging van riolering in Alphen was archeologische begeleiding nodig. Bij het graven moest onder andere gekeken worden of er geen archeologische vondsten tevoorschijn kwamen. Archeoloog Astrid liet mij tijdens de werkzaamheden diverse lagen van de bodem zien. Aan die lagen kon je zien hoe de bodem was opgebouwd. Natuurlijk had ik tijdens mijn middelbareschooltijd bij het vak Aardrijkskunde enige basistheorie meegekregen, maar de uitleg van Astrid, die al jarenlang ervaring heeft als archeoloog, verhelderde ontzettend veel. Er werden foto’s gemaakt en de locatie werd middels GPS ingemeten. Wederom was het erg interessant om te zien hoe collega’s van andere disciplines binnen IDDS te werk gaan.

Natuurlijk kon een dag op locatie met de afdeling explosieven niet ontbreken. Onder begeleiding van Senior-OCE deskundige Boudewijn en Assistent OCE-deskundige Scarlett werd mij de opsporing van conventionele explosieven (OCE) in het veld uitgelegd. Door middel van oppervlakte- en dieptedetectie lokaliseert IDDS objecten in de bodem. Wanneer de Senior OCE deskundige op basis van zijn detectiedata ziet dat een bepaald object overeenkomt met de uitslag van de verwachte CE , dan wordt deze op een veilige en zeer deskundige manier benaderd. Je moet trouwens minimaal een certificaat Basiskennis OCE op zak hebben om überhaupt een locatie waar OCE-werkzaamheden plaatsvinden te betreden. Deze cursus had ik mijn eerste werkweek behaald, om daarna op locatie te mogen zijn. We vonden die dag in het veld geen explosief, maar kreeg ik wel een beter beeld van OCE werkzaamheden.

IDDS
Mijn werkzaamheden bij IDDS zullen voornamelijk op kantoor zijn. Elke dag maak ik een fietstochtje van mijn woonplaats Leiden naar Noordwijk. Ik geef eerlijk toe: wel als het aardig fietsweer is. Met zware regenbuien pak ik liever de auto. De sfeer op kantoor is zeker goed! Alhoewel elke afdeling een eigen kantoorruimte heeft, staan de deuren altijd open en kun je zo binnenlopen. Tijdens de lunch komen collega’s van de verschillende afdelingen samen. Praatje voetbal, de actualiteiten en ook werk gerelateerde zaken worden dan besproken. De eerste vrijmibo (vrijdagmiddagborrel) moet ik nog meemaken, maar ik weet zeker dat ook die gezellig zal zijn. Op het gebied van OCE, andere expertisegebieden van IDDS en het bedrijf zelf heb ik zeker nog veel te leren, maar na een maand weet ik wel dat dit een bedrijf is waarbij ik me thuis voel.


